Dark Souls

Gespeeld op PlayStation 3, ook verkrijgbaar voor Xbox 360

De Souls-games bezitten veel kwaliteiten, maar eigenlijk komt alles neer op het innoverende risk/reward-systeem. Wat dat betreft voelde Demon's Souls soms als een ontmoeting met je schoonmoeder, maar wanneer je won was het als een kus van je vriendin. Dark Souls is moeilijker en meedogenlozer, het is vaak als vrijen met je schoonmoeder. De beloning is tevens een stuk zoeter, het is als een kus van de vriendin van je beste vriend.

Na een magere tutorial waar je waarschijnlijk al voor het eerst zult sterven - goed voor het zelfvertrouwen - kom je terecht in Lodran. Dark Souls bestaat uit een gigantische open wereld zonder laadtijden, in plaats van omgevingen opgebroken in levels zoals zijn voorganger. Het verhaal wordt als folklore uit de doeken gedaan; hoe de wereld ontstaan is uit vuur dat nu aan het dimmen is. Het wordt je verteld dat duisternis steeds meer van de wereld aan het omhelzen is

Zodra het spel begint, ben je al dood, of 'hollowed' zoals het spel dat noemt. De hollowed verliezen hun gezond verstand, maar jij bent uitverkoren om de wereld te redden waardoor je rationeel blijft. Verwacht echter geen episch narratief over helden. Het verhaal zit vooral verstopt in de (immens variërende) ontzagwekkende omgevingen en de weerzinwekkende bazen die je naar adem doen happen.

Het principe van progressie werkt net als in zijn voorganger. Door vijanden te verslaan krijg je souls, daarmee moet je alles kopen. Levels, magie, wapens en items. Aangezien souls vooral in het begin heel erg schaars zijn moet je goed nadenken waaraan je ze wilt besteden. Als je sterft heb je één kans om je souls terug te halen door naar de plek te lopen waar je bruut bent vermoord.

Dit systeem voelt nog steeds innoverend. Het creëert een kringloop van motivatie waarin je het telkens opnieuw gaat proberen. Al kan het soms wel hartverscheurend zijn als je voor de tweede keer doodgaat zonder je vlek te bereiken en je al je souls permanent verliest. Om die souls te verdienen moet je met het uitstekende mêlee-systeem uit de voeten kunnen. Ditmaal kun je niet als in Demon's Souls heel veel leunen op long-range magie, omdat die qua gebruik een stuk beperkter is.

Vechten in Dark Souls is een precieze sport waar je geduld voor nodig hebt. Alles draait om concentratie en timing: schild omhoog, om de tegenstander cirkelen en wachten op een opening. Erop loshakken of te snel een rake klap willen uitdelen waardoor je zelf open gaat staan wordt je snel afgeleerd: YOU DIED.

Lodran verkennen gaat stapje voor stapje. In elk hoekje schuilt namelijk iets afschuwelijks dat jou wil vermoorden. Tenminste, op een gegeven moment word je zo achterdochtig dat je dat gaat geloven. Je schild staat permanent omhoog terwijl je door nieuwe omgevingen kruipt, bang dat je op ieder moment al je zuurverdiende souls gaat kwijtraken.

Juist omdat elke stap die je in de wereld zet hard bevochten is, krijgt het betekenis. Het maakt het memorabel als het je eindelijk lukt om je door een bepaald gebied heen te vechten. Er zijn geen waypoints en er wordt alleen maar vaag gehint naar waar je heen moet. Wat dat betreft is Dark Souls een verkenningsavontuur. De game laat je telkens gissen hoe groot de wereld is - groot, heel groot, gigantisch, absurd kolossaal. Jij bent als een knaagdier in een gecompliceerde muizenval die geen eind of uitgang kent. Het enige wat de magie af en toe verbreekt, zijn de zeldzame framedrops en dat het spel nog wel eens wil vastlopen.

Bonfires zijn je enige reddingslijn in een wereld die jou wil opvreten. Ze dienen als checkpoints waarnaar je terug wordt gezet als je weer eens de pijp uitgaat. Ze hervullen ook je 'estus'-flesjes; de items die je gebruikt om te healen. Uiteraard kun je er geen misbruik van maken, zodra je er rust komen alle vijanden weer terug tot leven en het aantal flesjes dat je krijgt blijft beperkt. Dit alles helpt om de game gebalanceerd te houden, daar waar je in Demon's Souls healitems gemakkelijk kon grinden.

Hulp is schraal in deze spijkerharde game, maar FROM is gelukkig niet helemaal harteloos. De handjesvol NPC's die in Lodran zitten geven soms een beetje informatie vrij, maar hun minachtend gelach tussendoor geeft de indruk dat hun geest gebroken is. Soms kun je ze ook oproepen bij baasgevechten, waar ze vooral helpen afleiden. Voor hulp kun je nog altijd het beste terecht bij medespelers. Net als in Demon's Souls kun je stenen neerleggen om andere spelers jouw wereld te laten infiltreren.

Het PvP-gedeelte is wel enigszins veranderd. Dark Souls heeft daarvoor zogenaamde ‘covenants' geïntroduceerd. Dit zijn fracties waar je je bij aan kunt sluiten en je bepaalde opdrachten geven die meestal met PvP te maken hebben. Zo dien je bij de Forest-covenant mensen om te brengen die het bos indringen. Dit geeft de PvP net wat meer variatie, al kun je ook zonder covenants nog altijd als een klootzak in de wereld van andere spelers kruipen.

Dark Souls kiest er voor om heel erg weinig uit te leggen. De geheimen worden momenteel opgeschreven in FAQ's en wiki's, maar ik denk dat de makers het liefst hebben dat je zelf op onderzoek uitgaat en experimenteert. Deze game is namelijk een ervaring, een gedenkwaardige reis door de meest fantastische hel ooit gemaakt.

Conclusie
Laten we eerlijk zijn, vrijen met je schoonmoeder is niet fijn, maar aan het eind wacht een grootse beloning. Je vriendin krijgt namelijk een nieuw broertje waarmee ze kan spelen zodat ze jou niet lastigvalt. Het is een onconventionele manier om een probleem op te lossen, maar dat maakt het juist leuk. Dark Souls is hetzelfde.

Pluspunten Minpunten Cijfer
+ Memorabele open wereld - Technische issues
9,5
+ Moeilijk, maar eerlijk -
+ Extreem diep -