Alwéér genaaid bij Albert Heijn

Ik geef het ruiterlijk toe. Voor wat lekkers doe ik zo ongeveer alles. En ik heb wel een prijsbewuste manier van winkelen.

Die twee aspecten kwamen in december nog mooi samen, toen ik een afgeprijsde speculaaspop had gekocht, maar uiteindelijk de korting niet bleek te hebben gekregen. Dat leidde toen tot een nieuw deeltje in de columnreeks ‘Genaaid door Albert Heijn’, waarin ik die Zaanse grootgrutter graag mag plagen. Meerdere lezers van die column constateerden toen dat mijn bonuskaart blijkbaar niet was gescand. Blijkbaar niet goed voor het elektrisch oog van de kassa gehouden of zoiets.

Maar zelfs als je bonuskaart wél was gescand, kan het lelijk misgaan, qua korting. Dat werd gisteravond pijnlijk duidelijk.

Mevrouw Oplopers en ik zaten plezierig op de bank. Op de televisie was een herhaling van het BNN-programma waarin twee vriendelijke jongeheren een stukje van elkaars bil opaten. Het smaakte naar biefstuk, zeiden ze. Biefstuk. Dat was het toverwoord. Met dank aan de heer Pavlov zat Mevrouw Oplopers twee tellen later te watertanden. Een scheurend verlangen naar een lekker biefstukje daalde over haar neer.

En, zoals ik hierboven al bekende, voor wat lekkers doe ik zo ongeveer alles. Hup naar Albert Heijn.

Het lot was mij welgezind. De Greenfields Scharrelbiefstukjes waren in de bonus. € 5,48 in plaats van € 7,30!  “Puur & eerlijk”, juichte de verpakking mij toe. Nou, eerlijk…

Bakje champignons erbij en fluks naar de kassa. En wat bleek ik te hebben betaald voor mijn “eerlijke” biefstukjes? Juist: € 7,30. Niks bonuskorting. Terwijl ik zeker weet, dat mijn bonuskaart was gescand. Want ditmaal stond mijn Persoonlijke Albert Heijn Geluksnummer wel degelijk op de kassabon.

Naar de servicebalie. Daar kreeg ik alsnog het te veel betaalde terug, daar niet van. Maar wanneer die biefstukjes deel hadden uitgemaakt van een kar vol grutterswaren, wanneer ik niet verbaasd was over het hoge bedrag dat ik moest afrekenen (een paar dingetjes is makkelijker te schatten qua prijs dan een hele kar) en wanneer ik niet wantrouwend mijn bon had gecheckt, dan had ik deel uitgemaakt van het legioen boodschappers dat nietsvermoedend het schip was ingegaan.

En hoe dan ook: zoiets mag niet gebeuren in het computertijdperk waarin wij leven. Hoe werkt dat, met die bonusaanbiedingen? Zet het hoofdkantoor dat soort dingen vanaf een centraal punt in de kassa’s van alle filialen? Of moet iedere winkel zelf de bonusaanbiedingen in een kassasysteem intikken? Wie het weet, mag het zeggen. Maar hoe dan ook: het mag niet verkeerd gaan. In iedere sector geldt, dat consumenten een vieze smaak in hun mond krijgen wanneer blijkt dat ze te veel hebben betaald.

Hoe moeilijk kan het zijn. Zorgen dat de belangrijkste artikelen op voorraad zijn, en niet wel altijd de dure Volle Melk in het schap hebben staan, maar vaak niet de goedkopere Zaanse Hoeve Volle Melk… Of is dat een bewuste prioriteit? Is dat wat marketingstrategen en economen een ‘verdienmodel’ noemen? En hoe zit dat dan met die reclames dat AH de meeste artikelen in drie prijsklassen heeft? Maar goed, ik ben nog wel bereid om te geloven dat het vol houden van de schappen een lastige logistieke aangelegenheid is. Maar de prijzen in de kassa’s? Dat is ICT. Dat kan gewoonweg niet ingewikkeld zijn. Echt niet.

Graag hoor ik van de firma Albert Heijn, hoe dit nu mis kon gaan. Ze hebben nu immers best even tijd voor een kritische klant; immers, het downplayen van de arbeidsonrust in de magazijnen is inmiddels voorbij.

Eén troost. Ik schreef iets over een vieze smaak. Maar, dat moet gezegd, de biefstukjes waren heerlijk!