Happy ending

Even met de Chinese massagesalon gebeld: “Goedemorgen, Oplopers hier. Yo Fuk Joe in de buurt?”

De telefoniste vroeg mij of ik vool een belanglijke kwestie belde. Nadat ik dat had bevestigd, werd ik doorverbonden met de bedrijfsleider van de ontspanningsgelegenheid. Yo informeerde, waalmee ze mij van dienst kon zijn. “Ik wilde graag even informeren of al die geruchten waar zijn. Hoe zit dat nou, met die happy ending?” Yo vertelde dat de geluchten ovel vleemde dingen tegen het einde van de massage gebakken lucht waren. Ik raakte door die opmerking nogal in de war: “Hoezo gebakken lucht? Die onzin bij de Chinees is altijd gebakken lucht. Een soort quasi-Chinees, dat feitelijk geen moer met de Chinese keuken te maken heeft. Want welke idioot flikkert in vredesnaam een gebakken ei bovenop zijn vreten? Maar dat is niet waar ik het over wil hebben. Ik bedoel die extra handelingen die in pure slavernij worden verricht!” De massage-directrice antwoordde met de mededeling dat juist het oplossen van stijfheid een belanglijk aspect volmde van het massagevak.  Fout. Dus tijd voor de afmaker: “Het verhelpen van stijfheid is wat anders dan het veroorzaken van stijfheid. Als die masseuses van jou een bepaalde vorm van stijfheid bij de klanten veroorzaken, dan is dat net zoiets als die zoon van die glaszetter in Purmerend, die stenen door de ruiten gooit om de nering van pa te bevorderen.” Stilte aan de andere kant van de lijn. Mooi zo. Happy ending. Een massagesalon is wat anders dan een bordeel.

En GroenLinks is wat anders dan een serieus te nemen politieke partij. Liesbeth van Tongeren is heel erg beledigd over de manier waarop haar partij is afgeserveerd. Vanaf de rechterzijde van het politieke spectrum heeft iemand haar zieltogende stelletje politieke amateurs toegebeten dat ze maar vier zetels hebben en dus niets kunnen bijdragen. Tsja, dan kan mevrouw Van Tongeren wel diep beledigd zijn, maar dat is natuurlijk wel gewoon waar. Een politieke splintergroepering met idiote ideeën. Naar ik heb begrepen, wil die partij zelfs dat de inkomensafhankelijke premie voor de ziektekosten ook wordt vergroend. Dus de vaststelling van de premie op groen papier en de medicijnen in groene doosjes. Van Tongeren moet niet zeuren. De operatiekleding in het ziekenhuis is al groen, en dat lijkt mij wel genoeg.

Ook een leuke politieke amateur is Jhim van Bemmel. De PVV uitgetrapt. Nou ja, zelf vertrokken toen duidelijk werd dat hij niet meer op de kieslijst zou komen. Heeft nu een boek geschreven, dat bol staat van de beschuldigingen aan het adres van Geert Wilders. Het bekende liedje. Dat ‘ie een potentaat is, een angstige, gefrustreerde man. Maar ook een fraaie nieuwe beschuldiging. Dat Geert het Catshuisoverleg had laten klappen om Hero Drinkman een hak te zetten. Nieuwe verkiezingen en geen zetel meer voor Hero. Nou ben ik van harte bereid om veel beschuldigingen en verwijten aan het adres van Geertje te geloven, maar dit gaat me te ver. Dit wil er zelfs bij mij niet in. Grappig boek, trouwens, van die Van Bemmel. Hangt van de taal- en spelfouten aan elkaar. Wat blijkt? Hij heeft zijn boekje uitgegeven via Free Musketeers. Dat is een soort quasi-uitgeverij waar -de goeden niet te na gesproken- iedere randdebiel zijn werk kan laten drukken. Met fouten en al, dus. Maar goed, hoe erg is dat nou, hier en daar een tikfoutje? Wat is nou kwalijker: een paar tikfoutjes of een enorme karakterfout?

Want de foutste politici zijn toch de leugenaars, de graaiers. Meestal zijn dat trouwens VVD’ers. Dit keer Stan Klijnhout. Die blijkt tussen 2006 en 2010 te veel wachtgeld te hebben opgestreken. Inmiddels was hij directeur van het Marechausseemuseum, en had hij verzwegen dat zijn salaris fors was verhoogd. Kassa. Inmiddels heeft meneer de graaier zijn raadszetel in de gemeente Utrechtse Heuvelrug opgegeven. Mooi zo. Grappig wel, die VVD’ers hebben wel vaker iets met leger. Met uniforms. Hoe verzin je het: directeur van het Marechausseemuseum. Dat dat bestáát! Het Marechausseemuseum. De hele dag in de tentoonstellingszaal lopen te kwijlen bij het zien van al die etalagepoppen in uniform. En in je vrije tijd thuis aan de keukentafel zitten te kwijlen met een stapel frauduleus vergaarde bankbiljetten. Met de gordijnen dicht. Groezelig. Ik vind in ieder geval echt dat er wat mis is met je geweten, als je steelt van de gemeenschap. Echt. De zaak stinkt.

Wat ook stinkt, is een broodje poep. Dat oude begrip is nieuw leven ingeblazen door de dönersector. Door stelselmatig geen handen te wassen na toiletbezoek, krijgt het personeel het voor mekaar om in de broodjes döner aanzienlijke hoeveelheden stront bij te mengen. Echt, Ome Willem is er niets bij. Nu pleiten twee grote dönerproducenten voor strenge hygiëneregels in dönerzaken. Grappig, die regels zijn er natuurlijk gewoon. Net als bij ieder ander restaurant. Ingewikkelder is het niet: we laten geen kakkerlakken in de knoflooksaus zwemmen, we pissen niet in de afwasbak en we smeren geen stront aan het eten. Klaar. En nee, ik vreet voorlopig geen döner. Ik maak trouwens van de gelegenheid gebruik om döner-recensent Pretletter veel sterkte toe te wensen. Die man heeft in zijn carrière al een hoop rotzooi te vreten gehad. Wellicht dat er voor dönerzaken ook een mooi puntensysteem kan komen. Op basis van reinheid in de zaak een tot vijf Bruine Sterren.

Over bruine sterren gesproken: dan bedoel ik natuurlijk niet Edsilia Rombley of Ruth Jacott. Nee, ik dacht meer aan Gordon. Die heeft zich laten inhuren door de Evangelische Omroep. Om met Kerst op de Dam in Amsterdam te komen zingen. Met Do. Saai. Want ik vind dat Re, Mi, Fa, Sol, La, Ti en die andere Do ook mee mogen doen. Anders is het mij te eentonig.