Plat Haags: Wilders luistert wl!

Zo, ArchEnemy, je maandje rust zit er weer op. Ik heb je scherpe columns erg gemist, en ik ben blij dat je er weer bent. Hoog tijd om weer eens verder te praten over het politieke landschap waarin wij leven. Eind vorig jaar heb ik vooral mijn stokpaardje “die doorgeslagen privatisering van overheidstaken pakt heel slecht uit” bereden, de komende tijd wil ik het eens hebben over de ontluikende rassenstrijd in ons land.

Rassenstrijd? Jazeker. Zo noem ik het. Nog steeds staan groepen in de samenleving met de ruggen naar elkaar. En de oorzaak daarvan heeft naar mijn overtuiging te maken met zachte heelmeesters en stinkende wonden. En vooral met de neiging van allerlei uiterst politiek-correcte instituties, om problemen maar onder het politiek-correcte vloerkleed te vegen. Met als gevolg dat veel mensen volkomen terecht tot de slotsom komen, dat Geert Wilders de enige nog is die serieus luistert naar de problemen die mensen ondervinden in hun wijk, in hun straat, op hun trapportaal. Luistert naar hun problemen met volslagen losgeslagen tweede-generatie-import-Marokkanen. Het niet willen onderkennen van de overlast die een groot deel van deze bevolkingsgroep veroorzaakt, is een zweer die al dik vijf jaar doorettert in onze maatschappij.

Ik noem een voorbeeld. Anass Abou Allal. Hij was een leidende figuur in een Marokkaanse straatbende, die mensen het leven in de Amsterdamse Diamantbuurt zuur maakte. En niet zo’n beetje ook. Stenen door de ruiten. Auto’s geplunderd. Een brandbom in het huis van een politicus die vond dat daar harder tegen moest worden opgetreden. Vrouwen die stelselmatig voor hoer werden uitgescholden. Ja, fijn volk, die Anass Abou Allal en zijn vriendjes. Bij een politie-achtervolging, waarbij Anass Abou Allal in een gestolen auto reed, verloor hij de macht over het stuur, knalde tegen een boom en kwam om het leven.

Laat duidelijk zijn, bijna niemand staat te juichen wanneer iemand op zo’n tragische manier het leven laat. Ook ik niet. Maar het wijkcentrum in de buurt waar de vluchtende gangster woonde sloeg wel heel erg door naar de andere kant. In plaats van met een genuanceerde reactie te komen, werd Anass Abou Allal bewierookt. Het was een heel goede jongen, een talent in de dop. Want hij had iets gedaan rond de oprichting van een jongerenparlement. Zijn dood was een groot verlies, heette het. Nu, jaren later, ben ik nog steeds stomverbaasd. Hoe bestaat het, dat een etterbak die verantwoordelijk is voor een stevige portie van wat Geert Wilders “straatterrorisme” noemt, zo de hemel in wordt geprezen? Iets vaags en abstracts als een jongerenparlement kan toch nooit opwegen tegen de concrete lawine van bedreigingen, beledigingen, vernielingen en berovingen waar Anass Abou Allal en zijn vriendjes verantwoordelijk voor zijn? Door op zo’n moment te roepen dat hij best een goede jongen was, vervreemdt zo’n wijkcentrum zich van de bewoners.

Het wijkcentrum heeft niets van die uitglijder geleerd. Later werd een gemeenschappelijke kerstviering georganiseerd. Op zich niet verkeerd. Iets met verbroedering in de buurt enzovoort. Dus vroegen de organisatoren iedereen wat te eten mee te brengen. Maar dan wel halal. Dus op een christelijk feest vragen we de christelijke mensen, eten volgens de spijswetten van de moslims mee te brengen. Natuurlijk, ook voor mensen die halal willen eten, moet er wat zijn. Maar om nou een oproep te doen om uitsluitend halal eten mee te nemen? Dat gaat te ver. Vraagt het wijkcentrum bij de eerstkomende viering van het suikerfeest als dat op een vrijdag valt, aan de moslims om geen vlees mee te nemen, om op die manier het orthodox-katholieke volksdeel niet te beledigen?

Inmiddels was ik toegetreden tot het bestuur van dit wijkcentrum. Ik heb daar onlangs gevraagd, of het wijkcentrum zich wel bewust was van het feit, dat het zo met de rug naar de samenleving toe staat. Glazig en kwaad keken de meeste van mijn mede-bestuurders mij aan. Alsof ze water zagen branden. Zelden zag ik een groep mensen die zo slecht in staat was, om wat verder te kijken dan hun eigen politiek-correcte neus lang was. Zo kreeg ik te horen dat die Anass Abou Allal misschien toch niet in een gestolen auto had gereden. Dat veel van de misdrijven waarvan hij werd verdacht, helemaal niet waren bewezen. Tuurlijk. Maar even een indicatie: de vrienden van Anass Abou Allal hebben het nog ver geschopt. Jaren later zijn ze na een serie overvallen op juweliers opgepakt. Na een wilde achtervolging op de snelweg. Inderdaad. Ver geschopt ja, die brave knullen met verbeterpotentie. Maar nee hoor, het wijkcentrum vond dat “iedereen een kans moest hebben om zich te verbeteren, en dat dat ook gold voor Anass Abou Allal.” Toen ik vroeg, wat er dan van dat verbetertraject terecht was gekomen, gezien het feit dat hij verongelukte terwijl hij op de vlucht voor de politie was, en dus duidelijk wat op zijn kerfstok had, was de reactie een nieuwe lawine van vuile blikken. Plus de beschuldiging dat ik wel zo’n foute PVV’er zou zijn. En dat is een van de grootste beledigingen die ik de laatste tijd heb moeten slikken. Want ik vind dat de PVV veel te ver doordraaft, en bij zo’n haatdragende club wil ik niet horen! Maar de desastreus verlopen discussie over ondermeer het overdreven politiek-correct niet willen inzien wat voor enorme overlast met name door Marokkaantjes wordt veroorzaakt heeft mij -naast de terreur van de tofu-maffia die ook welig tiert in dat wijkcentrum- heeft mij doen besluiten, de deur achter mij dicht te trekken. Voor zo’n stel gelijkhebberige wereldvreemde types kan en wil ik mij niet inzetten. Ooit speelde dat wijkcentrum een grote maatschappelijke rol. Nu is het verworden tot een naarbinnen gekeerde club die de buurt van zich heeft vervreemd. Het wachten is op de dag dat de subsidiegever volkomen terecht de stekker eruit trekt. En ik voelde me op een soort mystieke manier gesteund in mijn besluit toen ik gisteren in de Volkskrant in koeienletters een wel heel toepasselijke kop zag staan: Weggaan is teken van kracht. Mooi zo.

Nu ben ik ook zo’n teleurgestelde burger, die door de instituties niet wordt gehoord omdat met politiek-incorrecte meningen nu eenmaal lastig valt om te gaan. En ik erger mij kapot. Waarom? Omdat niet alleen de gevestigde orde, maar ook de Marokkaanse gemeenschap het allemaal prima vindt. Want de situatie is niet verbeterd. De jongere broertjes van Anass Abou Allal en zijn vrienden zorgen voor een nieuwe golf van straatterreur. Schuimbekkend bekeek ik deze week de beelden van Opsporing Verzocht, waarin twee Capuchonberbers op een scootertje een vrouw op een fiets omver trokken en er lachend met haar tas vandoor gingen. Die mevrouw is door hersenletsel blijvend invalide geworden. Het kán niet anders, of ook de Marokkaanse gemeenschap heeft de daders op televisie herkend. Maar niemand heeft het namens die gemeenschap nodig gevonden, om hun namen bekend te maken. Maar echt serieus wordt er tegen deze mensen niet opgetreden. Niet tegen individuen, én niet tegen de groep.

En dat gaat maar door. Kijk eens naar de filmbeelden van een Marokkaanse snotneus van een jaar of 16. Staat in Almere op straat gewoon tegen een hek te pissen, en spuugt, wanneer hij daarop wordt aangesproken, een gemeenteraadslid recht in zijn gezicht. Maar hoe werd die etterbuil in beeld gebracht? Onherkenbaar, want ook een kutmarokkaantje heeft blijkbaar recht op privacy. En zo gaat het maar door. Gevolg: enorme frustratie bij veel autochtone Nederlanders, die zich terecht in de steek gelaten voelen. Het lijkt wel of er maar één man naar ze luistert: Geert Wilders.

Ik vind dat Wilders soms enorm ver doorslaat in zijn uitlatingen. Maar ik gun hem zijn succes. Want met de schandalige manier waarop het overgrote deel van de gevestigde orde de ogen wenst te sluiten voor de grote problemen waarmee veel wijken in ons land hebben te kampen, kan zo echt niet doorgaan. Echt niet. Ken je de uitdrukking “Met de voeten stemmen”? In marketingland gaat dat over ontevreden klanten die weglopen. Ik zou graag een nieuwe definitie aan dat begrip willen toevoegen: het in het stemhokje uitdelen van een welgemikte trap in het kruis van al die partijen die maling hebben aan wat mensen aan overlast op straat ondervinden. In de twee steden waar de PVV aan de gemeenteraadsverkiezingen meedoet, voorspel ik een enorm succes. En dat succes zou dus wat mij betreft volkomen terecht zijn. Ben ik daarmee een PVV-aanhanger? Nee. Maar op de oude voet kan het niet doorgaan, qua slap optreden tegen straatterroristen.

Ik schreef hierboven al dat Wilders en zijn partijgenoten te ver gaan met sommige uitspraken. Ja. Dat vind ik echt. Van het door de knieën schieten van straattuig kan natuurlijk geen sprake zijn. We leven immers wél in een rechtsstaat. Rechters bepalen de straffen, op grond van door onze landsregering vastgestelde wetten. En die straffen mogen best een tandje hoger, met name voor recidivisten. En de Islam uitschelden voor achterlijke Godsdienst? Ach, de Islam is naar mijn mening niet achterlijker dan het Christendom, het Jodendom of het Hindoeïsme. Ieder boek -of het nou de Bijbel, de Koran of Das Kapital van Marx is- leent zich voor kwalijke interpretaties door kwalijke mensen. En ken je de Engelse uitdrukking “Barking at the wrong tree”?  Ik weet geen goede Nederlandse vertaling. Maar hij is wel duidelijk. Wilders sloeg vorig najaar bij de Algemene Beschouwingen enorm de plank mis. Met zijn kopvoddentaks. Toen richtte hij zijn pijlen echt op de verkeerde mensen. Want wij hebben in onze samenleving geen enkele hinder van meisjes met hoofddoekjes. Die blijken doorgaans gewoon te studeren, een baan te hebben, voor hun gezin te zorgen. Zij stelen niet, mishandelen geen mensen op straat, gooien geen stenen door ruiten en schelden hun buurmannen niet uit voor gigolo. Wilders had meer een punt gehad, als hij een andere fiscale strafheffing had bepleit. De bontkraagjes- en capuchontaks!